Sterreninterviewer Antoinnette Scheulderman: “Ik verdien er echt een goede boterham mee”
verhaal, gepubliceerd op 01 Nov 2021, door Rosa Hordijk

Zonder opleiding, ervaring en kruiwagens tóch succesvol journalist worden: het is het verhaal van Antoinnette Scheulderman (46). Ze schrijft onder andere voor LINDA. en Volkskrant Magazine, presenteerde radioprogramma Kunststof, was vijf jaar lang tafeldame bij De Wereld Draait Door en is auteur van verschillende boeken. Van nationale helden als André van Duin tot internationale bekendheden als Michelle Obama: ze behoren allemaal tot haar repertoire. Hoe kom je van ‘niets’ naar ‘iets’? “Je moet gewoon een fake it till you make it-mentaliteit hebben.”

Beste interviewer van Nederland

In 2016 stond Scheulderman op de cover van de VARAgids met de titel “In gesprek met de beste interviewer van Nederland”. Wat is haar kracht? “Goede voorbereiding,” vertelt Scheulderman. “Omdat ik altijd alles lees wat er al over de geïnterviewde is geschreven, heb ik het snel door als iemand weer zijn standaard verhaal gaat afdraaien. Op zo’n moment zeg ik: ja, daar antwoord je altijd dat op, vertel eens wat anders.” Hierbij heeft zij haar open uitstraling mee. “Hans Klok zei eens over mij: ze kan met een hele vriendelijke glimlach, de venijnigste vragen stellen.”

Aan het begin van haar loopbaan ondervond Scheulderman ook weleens nadeel van haar uiterlijk. “Toen ik jonger was, droeg ik vaak strakke, roze kleding. Ik zag er uit als een soort Barbie, ik kan niet anders zeggen. Ik werd toen, vooral door oudere mannen die ik interviewde, vaak niet serieus genomen. Zij maakten ongepaste opmerkingen als: wat zullen we na het interview gaan doen? Aan de ene kant was dat vervelend, maar het had ook voordelen. Omdat die mannen mij onderschatten, gingen ze vaak een beetje opscheppen en stoer doen. Hierdoor had ik een heel tof interview en schrokken ze zich rot als ze het lazen.”

Onderaan beginnen

De startkwalificaties van Scheulderman waren niet de meest gunstige voor een carrière in de journalistiek. De Rotterdamse had voor de start van haar loopbaan enkel voor het hockeykrantje geschreven. Toch ging ze na haar studie Kunst- en Cultuurwetenschappen direct aan de slag als stagiair bij het Algemeen Dagblad, waar ze later ook een baan aangeboden kreeg; haar unieke schrijfstijl viel op.

Deze grote overgang werd Scheulderman in het begin niet in dank afgenomen door sommige collega’s bij het AD: “Zij zeiden tegen mij: wat doe jij hier, je moet onderaan beginnen bij het lokale sufferdje of een huis-aan-huisblad, zo zijn wij ook allemaal begonnen.” Zelf gelooft zij er sterk in dat opleiding en ervaring niet bepalend zijn voor succes. “Je moet gewoon aanleg hebben om te kunnen schrijven, je wordt uiteindelijk afgerekend op je eindproduct. Ik vind de journalistiek daarom ook een heel democratisch vak.”

Fake it till you make it

Scheulderman begon haar carrière in 1999. Is haar verhaal wel representatief voor beginnende journalisten vandaag de dag? “Als je iets goed kunt, is er altijd werk en ook als je de potentie hebt om iets goed te kunnen. Er zijn genoeg mensen die talent herkennen. Je moet ook gewoon een fake it till you make it-mentaliteit hebben, in je hoofd houden dat je het gaat maken. Dat heb ik ook altijd gedacht.” Scheulderman wist namelijk al vroeg dat ze journalist wilde worden. “Ik wilde sowieso altijd alles van iedereen weten. Toen ik mijn moeders interviewbundel van Bibeb las, dacht ik: dat is ook te gek, dat je daar gewoon je werk van kunt maken.”

Antoinnette Scheulderman in haar huis en tevens werkplek in Rotterdam (Foto: Rosa Hordijk)

Buiten talent, is carrière maken volgens Scheulderman ook een kwestie van hard werken. “Ik heb me echt helemaal de tandjes gewerkt en dat doe ik nog steeds.” Dit uit zich in een werkweek van meestal zes dagen waarin ze werkt van 7:30 tot 19:00. Na zes jaar dienst bij het AD, ging ze in 2005 aan de slag als freelancer. “Ik denk ook dat je je alleen kunt onderscheiden, als je bereid bent zo hard te werken.”

Maar kan het niet een tandje minder? “Ik merk wel dat naarmate je meer succes hebt, steeds meer mensen iets van je willen. Ik vind het niet moeilijk om nee te zeggen tegen een klus, maar als je tien keer achter elkaar nee zegt, gaan opdrachtgevers naar iemand anders op zoek. Als diegene het dan goed doet, bellen ze de keer daarna jou niet meer.” Als Scheulderman het afzet tegen vriendinnen van haar leeftijd die in een andere beroepsgroep werkzaam zijn, merkt ze op: “Zij verdienen met minder uren werk, meer geld. Ik denk alleen dat ik een leukere, meer afwisselende baan heb en ik verdien ook goed.”

Bullshit

Over de betaling binnen de journalistiek heeft Scheulderman een zeer uitgesproken mening. “De negativiteit omtrent dat onderwerp ergert mij enorm. Als ik een keer per maand het vakblad Villa Media krijg, word ik bijna agressief. Er wordt telkens gezegd: er is geen werk, er is geen geld, als je later een gezin wil onderhouden, ga vooral de journalistiek niet in. Dat is gewoon bullshit, dan ben je niet goed genoeg!” Scheulderman vindt dat er best wat realisme meegegeven mag worden over de branche; het zal volgens haar niet voor iedereen weggelegd zijn om ervan te kunnen leven. Ook erkent ze dat er voor een deel van de journalistiek veel te lage tarieven worden verstrekt. “Maar ik verdien er echt een goede boterham mee, dus je kunt er heus nog wel goed mee verdienen.”

De journalistiek is volgens Scheulderman bovendien een duurzaam vak: “Er zal altijd behoefte blijven aan goede verhalen. In mijn tijd was dat vooral op print en dat verschuift nu naar online. Zorg dus dat je dat goede verhaal kan vertellen.” Ik vroeg haar of de tijden niet veranderd zijn wat betreft werkgelegenheid en beloning binnen de journalistiek. “Nee, ik denk het niet, er zijn nu nog veel meer platforms voor verhalen, meer afzetmarkt. Er is altijd veel concurrentie geweest, de scholen voor journalistiek bestaan al tientallen jaren. Er blijft uiteindelijk maar een klein clubje over, maar in elk vak heb je een groepje mensen dat uitblinkt, dat opvalt en de mooie klussen krijgt.”

Zielige dieren

Ondanks haar overwegende positiviteit, heeft Scheulderman ook zorgen over de ontwikkelingen binnen de journalistiek. “Ik vrees best wel dat de printwereld straks op zijn eind is, omdat jonge mensen steeds minder kranten lezen en geen tijdschriften meer kopen. Dat vind ik gewoon onwijs jammer, want ik hou daarvan.” Toch plaatst ze de overgang naar online media ook in perspectief. “De bakker kan ook te maken krijgen met ongewilde veranderingen. Iedereen wil tegenwoordig glutenvrij of koolhydraatarm brood, terwijl hij dacht: ik bak dit brood en dat is het lekkerste. Dat is eigenlijk wat ik met de journalistiek heb; in mijn ogen is stukken schrijven voor print het mooiste dat er is, maar mensen willen dat niet meer. Het is een ontwikkeling waar je zelf niet op zit te wachten, maar waarin je mee moet kunnen gaan.”

In een interview zei Scheulderman ooit eens dat ze vroeger droomde van een goede carrière, een leuke man, een huis in de stad en een hond. Deze dromen zijn allemaal uitgekomen. Is zij hiermee uitgedroomd of zijn er nog specifieke wensen voor de toekomst? “Ik ben heel benieuwd waar het naartoe gaat in mijn vakgebied en ik hoop dat ik kan blijven werken op een manier waar ik zelf voldoende plezier en voldoening uit haal.” “En als ik ooit de Staatsloterij win, ga ik met zielige dieren werken,” grapt ze tot slot.