HUMAN-hoofdredacteur Marc Josten: ‘Media laten zich te veel als speelbal gebruiken’
verhaal, gepubliceerd op 05 Feb 2023, door Martijn Tel

Komt het beeld dat je op tv ziet overeen met de werkelijkheid? Volgens Marc Josten absoluut niet. De 61-jarige hoofdredacteur van omroep HUMAN maakt zich al jarenlang zorgen over hoe onwaarheden te makkelijk de publieke opinie kunnen kapen. Hij schreef er het boek Weerwoord over en hij laat met het tv-programma Medialogica zien wat er misgaat in de media. Want hoe komt het dat we te makkelijk meegaan in een te simpele weergave van de realiteit? En hoe kunnen journalisten zich wapenen om slechts een doorgeefluik van politiek of bedrijven te worden?

Marc Josten is hoofdredacteur bij omroep HUMAN: ‘Je moet altijd kijken in hoeverre je doorgeefluik wordt van een bepaald belang’

Allereerst, een artikel over Marc Josten: wordt dat een profiel van een journalist of van een activist?

‘Nee, een journalist.’

In uw boek geeft u aan op de bres te willen gaan staan voor de journalistiek.

‘Nou kijk, dat is bijna een grapje. Het boek is geschreven op het moment dat Donald Trump net verkozen werd. Ik viel toen toch van mijn stoel van verbazing, ik zag het niet aankomen. De journalistieke methode, die van twee bronnen gebruiken en wederhoor plegen, kwam indertijd in gevaar. Ik ben geen activist, maar waar ik wel voor op de barricade ga, is die methode. Dat is de essentiële bescherming voor democratie en rechtsstaat. Als je dat loslaat, ben je alles kwijt.’

Later in het gesprek zal Josten nog meerdere malen benadrukken écht niet activistisch te zijn. Hij maakt zich wel hard voor de journalistieke spelregels die volgens hem in het gedrang komen. In zijn boek uit 2017 waarschuwde hij al voor een medialandschap waar links en rechts niet meer bij elkaar komen doordat de feiten niet meer geaccepteerd worden.

Nu, zes jaar na zijn boek vindt hij de situatie even zorgwekkend, maar ziet hij veel meer de gevolgen. Als voorbeeld noemt Josten een uitzending van Medialogica uit 2015 over Russia Today. Er wordt belicht hoe RT feiten verdraait en onder druk van bovenaf veelal zelfcensuur toepast. “In die tijd zeiden sommige mensen dat het te overdreven en te somber was. Maar ja, de werkelijkheid haalt je in.”

Heeft u bij het schrijven van uw boek ergens een blinde vlek voor gehad? Wat zag u niet aankomen?

‘Ik heb heel veel blinde vlekken. Ik vind dan ook dat de journalistiek bescheiden moet zijn. Er is een ongelofelijke hoeveelheid aan feiten. Een soort permanente oerknal aan dingen met een bepaalde belangwekkendheid. Maar die feiten kunnen we niet allemaal kennen. Het universum is te groot en ons brein is te klein. Per definitie heb je dus blinde vlekken. Maar welke superrelevante dingen heb ik niet gezien? Als je me zes jaar geleden had verteld dat een omroep als Ongehoord Nederland nu bestaat, had ik dat wel heel buitensporig gevonden. Een extreem geluid dat de journalistieke methode niet respecteert.’

Waardoor is de jonge Marc Josten de journalistiek ingegaan?

‘Pure fascinatie voor het vak. Toen ik een jaar of zes was, maakte ik elke dag voor mijn juf op de basisschool een krantje. Dat vond ik ontzettend leuk om te doen. Het grappige is: een jaar of zes geleden kwam één van de leukste reacties op mijn boek van die juf. Ze zei: ‘ik heb alle krantjes bewaard’. Ze is vanuit Zuid-Limburg naar me toegekomen om de krantjes af te leveren. Super leuk verhaal, maar als zesjarige denk ik niet na over wat de journalistiek voor de rechtsstaat betekent. Pas langzaam ga je ontdekken hoe belangrijk het vak is. Nogmaals, ik ben geen activist, maar ik ben steeds meer het belang van vrije nieuwsgaring en de journalistieke methode gaan inzien.’

‘De werkelijkheid is heel complex, maar je moet er een gerechtje van maken. Bij het maken gaat er onwijs veel mis.’

Wat maakte dat u de lol van dat krantje inzag als zesjarige Marc?

‘Blijkbaar nieuwsgierigheid. En dat je het leuk vindt om je nieuwsgierigheid te delen met anderen.’

Is dat wat u journalist maakt?

‘Er zat blijkbaar iets in mij. Sommige dingen zitten in mensen. Journalistiek is echt iets van gevoel. Het is een soort zielszaak.’

Bent u over de jaren heen cynischer geworden?

‘Nee. Sterker, ik ben het vak steeds belangrijker gaan vinden. Maar als je iets belangrijk vindt, word je kritisch. Maken wij als beroepsgroep niet enorme fouten? Dat zesjarige jongetje wil iets omdat hij het leuk vindt: een verhaaltje vertellen. Daar zit niet per se het probleem, maar wel iets wat we in acht moeten nemen:  Als je een verhaal vertelt, zit er altijd een versimpeling in. De werkelijkheid is heel complex, maar je moet er een gerechtje van maken. Bij het maken gaat er onwijs veel mis.’

Een simpel gerechtje maken van de woorden van Josten is geen gemakkelijke opgave. De hoofdredacteur is duidelijk een genuanceerde man, die elke zin van tevoren goed uitweegt. Wanneer Josten iets niet met 100% zekerheid weet te zeggen, voegt hij vaak iets toe als: ‘maar dat kan ik niet wetenschappelijk bewijzen op dit moment’ of ‘dit is slechts een oprisping van gedachten’.

En je kan eigenlijk ook weinig anders verwachten van iemand die graag onderscheid maakt tussen het ‘snackbrein’ en het ‘trage brein’. Dit concept van de twee breinen komt uit de gedragswetenschappen en wordt door Josten toegepast op de journalistiek. Het ‘snackbrein’, ook wel het snelle brein, is het gedeelte van je brein dat je continu verleidt tot makkelijke keuzes. Het zal je bijvoorbeeld overtuigen een hamburger te eten, in plaats van een boterham, vertelt Josten. Maar in zijn boek laat hij zien dat politiek en media ook graag inspelen op dit brein. Zo noemt hij de te simpele argumenten in Engeland om uit de EU te stappen of linkse politici die bankiers als graaiers neerzetten. Om het andere brein, het ‘trage brein’ in werking te stellen is meer reflectie nodig. Dit brein laat je inzien dat de werkelijkheid complexer is. En dat je trage brein je nogal eens voor de gek houdt.

Zijn er voorbeelden in de media waarin dat snelle brein wordt geactiveerd?

‘Bij de BoerBurgerBeweging zie je dat de voorvrouw van de partij heel erg bezig is om het primaire brein te prikkelen. Als ze er op wordt gewezen dat het te kort door de bocht is en allemaal niet klopt, dan begint ze daar een beetje ongemakkelijk over te worden.’

Hangt populisme en extreemrechts samen met het snelle brein?

‘Dat zit ook bij extreemlinks ook, hoor. Al het extreme denken gaat kort door de bocht. Ik denk, maar dat kan ik niet wetenschappelijk bewijzen op dit moment, dat in de jaren 70/80 populisme vooral aan de linkerzijde zat, en nu meer aan de rechterzijde.’

Nu zie ik in uw boek wel alleen maar voorbeelden van rechts en extreemrechts. Soms krijg ik het idee dat het daar haast meer om te doen is.

‘Dat kan misschien door 2017 komen. Dat vooral Trump in die tijd de klok sloeg. Ik denk dat er ook ontwikkelingen zijn van links die in ieder geval kritisch onder de loep moeten genomen worden. Al denk ik niet dat de hagedissen en de omvolkingstheorie, die hevigheid op dit moment ook aan de linkerkant plaats vindt. Maar geen blind oog voor links! Dat is echt iets wat ik wil onderstrepen. Omroep HUMAN is geen linkse omroep, we zijn ook niet rechts. Partijen waarvan we verwachten dat ze van de ratio uitgaan, die gaan we juist ook onderzoeken. Als NRC bijvoorbeeld heel kort door de bocht op basis van een persbericht meevliegt in die hype over Anne Frank, dan spreken we ze er nog wat harder op aan, omdat we het niet van hun verwachten. Van sommige partijen verwachten we dat je net wat roomser bent dan de paus.’

Wat ging er mis in het geval van het boek over Anne Frank, en hoe de media erover publiceerden?

‘Kranten gingen meteen in het verhaal mee dat er bewijs was gevonden voor het verraad van Anne Frank (waar uiteindelijk te weinig bewijs voor bleek te zijn, red). De naam van de notaris die het gedaan zou hebben, werd ook meteen onthuld. Terwijl in een normaal journalistiek proces ga je eerst onderzoek doen en kijken of die bewering klopt. Door het embargo van de uitgever, wilde niemand de boot missen. Ze hebben te snel gehapt, en zijn te gretig geweest. Ook dat is onderdeel van het hele online proces en het snack-brein: snel nieuws, je wilt de eerste zijn, je wilt de meest verteerbare hapjes aan je publiek geven.’

‘Probeer zoveel mogelijk weg te blijven van mensen die een boodschap te verkopen hebben’

Ik zie vaak in uw programma Medialogica dat nieuwsredacties als instrument worden gebruikt door politiek of bedrijven. Wat kan daar tegen gedaan worden?

‘Iemand uit ons team kwam laatst met een programmavoorstel. Diegene wilde een verhaal maken over een gevangenis van binnenuit. Opzich een interessant gegeven, maar er waren allerlei belangengroepen die dat een belangrijk verhaal vonden en daar zelf het woord in wilden voeren. Dan zeg ik: probeer juist los te komen van die belangengroepen en te kijken wat wij als HUMAN willen laten zien. Kijk wat er inside in zo’n gevangenis gebeurt, geef een gevangene het woord. Probeer zoveel mogelijk weg te blijven van mensen die een boodschap te verkopen hebben. Media laten zich te veel en te makkelijk als speelbal gebruiken. Dat moeten ze niet toelaten. In mijn ervaring als 35 jaar journalist weet ik dat je permanent benaderd wordt. Je moet altijd kijken wat iemand wil verkopen en in hoeverre je doorgeefluik wordt van een bepaald belang.’

Waar gaan we heen? 

‘Wat ik één van de spannendste dingen vind; als je ervan uitgaat dat wat de meerderheid van de klimaatwetenschappers zegt klopt, moeten er hele snelle stappen genomen worden om catastrofes te voorkomen. Als publieke opinie, journalistiek en ook politiek zijn we niet in staat om die signalen goed te vertalen. Waar het vaak misgaat, is als er rampen aankomen die je had kunnen voorzien. Het is de vraag hoe je beeld en werkelijkheid bij elkaar kan houden als het om hele grote kwesties gaan. Ze zijn zo onbevattelijk, zo groot.’