Adembenemend: de Nacht van Kunst en Kennis 2017
reportage, gepubliceerd op 01 Oct 2017, door Anneloes Schohaus

Het is de nacht van zaterdag 16 september op zondag 17 september. In de verte zijn glinsterende lichtjes aan de Leidse grachten te zien. Het is nog rustig op het Rapenburg in Leiden. Naarmate het daglicht verdwijnt, vullen de straten zich met groepen mensen: jong en oud. Kunstwerken lichten langzaam op en prikkelen het gevoel van de voorbijgaande bezoeker. Het enthousiasme is te voelen: de nacht van Kunst en Kennis 2017 is begonnen.

Het is kwart over zeven. De zon zakt langzaam achter de horizon. Lange slingers lichtjes leiden de weg over het Rapenburg in Leiden. Ik volg de aangegeven route richting de Pieterskerk. Het eerste kunstwerk dat ik tegenkom is een kleurige DNA-streng van stoepkrijt. De tekening is al tien meter lang. Stoepkrijtkunstenaar Gert-Jan van der Kooij zit met verschillende kleuren stoepkrijt in zijn handen op de grond. ‘‘Ik kijk wel hoe ver ik kom zolang het nog een beetje licht is. Maar er hangen ook lampjes, dus ik kan lekker doorgaan.’’ ©Anneloes Schohaus

Verderop schittert het Rijksmuseum van Oudheden met een roze lichtgevende gevel. Ik ga linksaf de brug over naar de Pieterskerk, waar ik mijn kaartje kan inwisselen voor een festivalbandje. Ik stop abrupt met lopen. Een merkwaardig geluid vult mijn oorschelpen. Het klinkt als een schreeuw van een magische vogel. Drie grote witte schepsels lopen mijn kant op. Het zijn immense skeletachtige wezens die zich buigen over een paar voorbijgangers. Een klein meisje begint te huilen. Rode, roze en blauwe lichten schijnen uit de karkassen. Het is adembenemend om te zien. ©Anneloes Schohaus

Ik loop tien meter door en ga de Kloksteeg in richting de Pieterskerk. Onderweg kom ik twee jonge vrouwen en een jonge man tegen. Ze lachen met elkaar en hebben een biertje in hun handen. Iris, Tiffany en Wouter lopen net een uur rond bij de Nacht van Kunst en Kennis. Iris: ‘‘We hebben nog niet heel veel gezien. We hoopten naar de Leidse ondergrondse gangen te gaan, maar die plaatsen waren al binnen vijf minuten vergeven.’’ Wouter: We waren helaas net te laat. Het zijn een soort kelders die vanaf de Pieterskerk naar de poorten van Leiden lopen.’’ Iris: ‘‘We gaan nu naar het Academiegebouw, daar is iets met CSI. Je kan daar allemaal proefjes doen. Zoals handschriftherkenning waaruit je kan halen wat voor een persoon je bent.’’ Wouter: ‘‘Of misschien naar een lezing over de seksrobot. Dat lijkt ons ook wel interessant.’’

Bij de Pieterskerk is het feest al begonnen. Er staat een groot podium met allemaal lichten. Een drumstel wordt opgebouwd en microfoons worden gecheckt. Een ploffend geluid schatert door de boxen. Een kleine groep mensen staat vooraan. Ze kletsen met elkaar en wiegen heen en weer met hun heupen. De geur van patat gaat over het plein. Als ik mij omdraai zie ik onder een Efteling-achtige tent koppels frieten delen en proosten op de avond. Ik wurm me door een groep Kunst-en-Kennis-gangers richting het Academiegebouw nadat ik mijn bandje heb opgehaald. Het duurt niet lang voordat ik daar Iris en Tiffany tegenkom in het auditorium. Ze staan al een tijd in de rij voor de handschriftlezing. Iris: ‘‘We moesten een zin drie keer opschrijven en nu gaat een grafoloog kijken naar wat voor persoonlijkheid ik heb.’’

Ik vervolg mijn weg weer naar buiten. De weg naar de Hortus Botanicus is blauw verlicht, maar straalt tegelijkertijd iets donkers uit. Met enige achterdocht loop ik door de blauwe poort de Hortus binnen. Verschillende kleuren licht trekken mijn aandacht over het donkere gebied heen. Ik volg een groepje mensen verder de tuin in. De tuin komt op mij over als een magisch doolhof. Het grindpad leidt me richting een mekkerend geluid. Witte gestaltes lichten op tussen de bomen. Het lijkt op een groep mekkerende schapen, felverlicht met strepen. Het geluid wordt gemaakt met een kleine box die we vroeger als kind hadden om dieren na te doen. De combinatie van geluid en licht maakt het kunstwerk interessant om naar te kijken. ©Anneloes Schohaus

Als een kuddedier volg ik een andere groep kunstliefhebbers en kom ik toevallig Iris en haar vriendinnen Tiffany en Jocelyn tegen. Wouter is ergens blijven hangen tussen de tropische planten in de Hortus. Ze bespreken de uitslag van de handschriftlezing. Jocelyn: ‘‘De grafoloog had ook niet heel veel tijd vanwege de drukte.’’ Iris: ‘‘Maar, ze heeft wel hart voor haar vak. Ik hoop stiekem de handschriftenwedstrijd te winnen.’’ De meiden drinken hun biertje op en vertellen mij dat ze graag naar Aaf Verkade willen, de stadssnorkelaar. v.l.n.r. Tiffany, Iris en Jocelyn ©Leidsch Dagblad

Ze staat in haar wetsuit tot aan haar nek in de Hortusvijver. Met een zaklamp schijnt de snorkelaar in het water om karpers te lokken. Het is magisch om te zien hoeveel vissen er op dit licht afkomen. Aaf Verkade is de enige echte stadssnorkelaar die bevoegd is om door de grachten van Leiden te duiken. Ze vertelt in geuren en kleuren over haar ontdekkingen in de grachten van de stad. Van fietsen tot rivierkreeften.

De weg terug naar het Rapenburg is steeds voller geworden. Jong en oud bezoeken de Nacht van Kunst en Kennis. Even later kom ik een soort parcours tegen, bestaand uit lichtgevende obstakels. Bezoekers met koptelefoons gaan dit parcours langzaam af. Een jongen kruipt door een versierde tunnel en een meisje luistert aandachtig terwijl zij voor een spiegel zit. ©Anneloes Schohaus

Kunstenares Anne-Fleur: ‘‘Het is een interactieve kermisattractie over gezinsgeluk. Als bezoeker ben je de acteur. Tijdens de hele rit ga je door middel van een koptelefoon de attractie door. Je wordt begeleid door een stem. Die stem leid je de opdrachten door tot aan het laatste hoofdstuk Het Geheim dat je dan zelf mag onthullen. Ik heb het kermiselement erbij betrokken om de sfeer om te bouwen en het aantrekkelijker te maken voor het gezin. Zo krijgen mensen gelijk zin om de attractie in te gaan. De theorie die erachter zit hoor je via de koptelefoon op een luchtige manier.’’ ©Anneloes Schohaus

Nadat ik nog een tijdje met kunstenares Anne-Fleur heb gesproken, is het voor mij tijd om naar huis te gaan. Aan de overkant van het Rapenburg kom ik nog een keer de prachtige wezens van eerder op de avond tegen. Wat zit er toch meer achter kunst en kennis dan je denkt. ©Anneloes Schohaus