Plantwetenschapper Pieterse: ‘Als we op een duurzame manier voedsel willen blijven produceren, hebben we vier aardbollen nodig’
interview, gepubliceerd op 15 Feb 2023, door Alissa de Koning
Droogte: de grootste vijand voor onze aarde (Beeld: Pexels)

Klimaatverandering wordt wereldwijd steeds beter zichtbaar. Er zijn vaker watertekorten, gewassen brengen minder op en de zeespiegel stijgt. Geen nieuws, maar wat als 216 miljoen mensen over 30 jaar noodgedwongen moeten verhuizen door een droge, onvruchtbare grond? De ontwikkeling van duurzame landbouw biedt daarvoor mogelijk een oplossing. “Wetenschappers werken aan de ontwikkeling van gewassen die goed tegen droogte kunnen, zodat bewoners niet hoeven te vluchten.”

De Wereldbank publiceert op 13 september een alarmerend rapport waarin onderzoekers de waarschijnlijke gevolgen van klimaatverandering – zoals klimaatvluchtelingen – aankaarten. Corné Pieterse (57 jaar) is professor aan Universiteit Utrecht en wetenschappelijk directeur van het Institute of Environmental Biology van de bètafaculteit. Hij noemt de ontwikkelingen ‘zorgwekkend’. Toch is zijn toekomstbeeld niet alleen negatief. Door het onderzoek aan de universiteit draagt hij op zijn manier een steentje bij aan het vinden van oplossingen voor dit alsmaar groeiende probleem.

Plantwetenschapper Pieterse

Pieterse werkt al 28 jaar als onderzoeker binnen de vakgebieden Plantenkunde en Landbouw. “Al sinds de derde klas op de middelbare school ben ik geïnteresseerd in biologie.” Hij studeerde Plantenveredeling in Wageningen. Deze wetenschap houdt zich bezig met het ontwikkelen van planten die zo goed mogelijk aan de eisen van de mens voldoen. Pieterse belandde uiteindelijk op de universiteit in Utrecht. Daar specialiseert hij zich in duurzame landbouw en plantenziektekunde. Hij vertelt over zijn onderzoek en zijn visie op het onderwerp klimaatverandering vanuit zijn kantoor op Universiteit Utrecht.

Het onderwerp klimaatverandering gaat Pieterse na aan het hart. Hij heeft twee dochters. “Het zou natuurlijk mooi zijn als ook zij, en de generaties die daarna komen, mogen blijven genieten van de natuur en op een leefbare wereld kunnen wonen, met voldoende voedsel voor iedereen.” Hij geniet zelf ook van verre vakanties met mooie natuur. “Ik ben met het gezin naar de Amazone geweest. De jungle met die dieren, dat is prachtig. Als ik daar ben, dan waardeer ik wat er nog allemaal is. Maar ik maak me wel zorgen over hoe dat er in de toekomst uit zal zien. Als die natuur over dertig jaar is gehalveerd, zou ik dat heel zonde vinden.”

Wereldwijd gaat volgens Pieterse 25 procent van alle gewassen verloren aan ziekten en plagen. “Als daar ook nog eens klimaatverandering overheen komt, wordt dit probleem alsmaar groter.” De wereldbevolking blijft groeien, dus er is steeds meer nodig. “Als we op een duurzame manier voedsel willen blijven produceren, hebben we vier aardbollen nodig.” Dat is volgens hem niet realistisch. Volgens Pieterse is de ontwikkeling van nieuwe methoden van landbouw en bescherming van planten van belang om de leefbaarheid en voedselzekerheid van toekomstige generaties te verzekeren.

Ontwikkelingen duurzame landbouw

De plantwetenschapper ziet wetenschappelijk onderzoek naar duurzame landbouw als cruciaal onderdeel. “Als wetenschapper werk je aan een klein stukje van de klimaatpuzzel tot de oplossing van dit probleem. Helaas kan de wetenschap alleen deze lastige kwestie niet tegengaan. De politiek heeft hier de grootste vinger in de pap. De overheid moet namelijk voldoende geld geven aan onderzoeksinstanties, zoals de universiteit, om onderzoek te blijven uitvoeren. Alleen op die manier doen we innovatieve ontdekkingen.” Pieterse heeft bijvoorbeeld hoop in de ontwikkeling van gewassen die goed tegen droogte kunnen. Daardoor hoeven bewoners over dertig jaar niet te vluchten naar een minder droog gebied.

Als wetenschapper werk je aan een klein stukje van de klimaatpuzzel tot de oplossing van dit probleem

Pieterse voorziet wel een ander probleem: het ontstaan van nieuwe plantziekten ligt voor de hand met de stijging van temperaturen. Het proces gaat echter wel heel langzaam. Dit biedt de mogelijkheid voor de wetenschap om planten en gewassen op die nieuwe ziekten voor te bereiden. Om op een zo duurzaam mogelijke manier gewassen te verbouwen, noemt Pieterse het ‘weerbaar telen’. Hierbij houdt de teler de bodem gezond en gebruikt hij minder chemische middelen.

Volgens de plantwetenschapper kunnen ook consumenten hun steentje bijdragen door bijvoorbeeld minder kieskeurig te zijn bij het kopen van groente en fruit in de supermarkt. “In Nederland moet elke groente perfect zijn, maar dit vermoeilijkt de productie.” Op het moment dat consumenten minder kritisch zijn, vermindert dat de voedselverspilling of het gebruik van chemicaliën.

Wanneer Pieterse kijkt naar zijn carrière tot nu toe, is hij het meest trots op een ontdekking die hij deed met zijn onderzoeksteam aan de universiteit. Het team vond een manier om het immuunsysteem van de plant te stimuleren met behulp van goedaardige bacteriën op plantenwortels. “Hierdoor kan een plant zich van nature beter verweren tegen ziekteverwekkende schimmels of bacteriën.” Deze ontdekking is daarna wereldwijd overgenomen door andere wetenschappers. Pieterse is onderzoek doen na 28 jaar nog niet zat: “Nee, het verveelt nooit.”