NOS-presentator Simone Weimans: ‘Ik blijf liever gewoon zakelijk’
interview, gepubliceerd op 01 Nov 2021, door Freek Haye

Al meer dan een decennia is Simone Weimans (1971) een vaste anchor van het NOS Journaal. Eigenlijk was ze niet van plan lang te blijven. Toch nadert haar 12½-jarig jubileum. ‘Het journaal geeft een bepaalde adrenalinekick die ik bij geen enkele andere werkgever zal krijgen.’

Het nieuws in haar allereerste journaal kan Weimans zich niet meer goed voor de geest halen. ‘Ik weet wel dat er paar hele lange en ingewikkelde woorden voorbijkwamen, maar volgens mij gingen die eigenlijk wel goed.’ Indertijd werd Weimans getraind door NOS-collega Astrid Kersenboom. ‘Na ieder journaal van Astrid deed ik, met de camera’s uit, datzelfde journaal nog een keer. Tijdens zo’n oefensessie zei ze opeens: ‘’Nou, het gaat best goed Simone. Het is straks 20:00 uur, dus het lijkt me goed dat jij het journaal zo gaat lezen.’’ Dat was best heftig, hoor! De hoofdredacteur was daarna wel een beetje kwaad op Astrid, omdat hij normaal gesproken wanneer iemand het eerste journaal achter de rug heeft, klaar staat met bloemen voor een officiële felicitatie. Ik vond het achteraf wel prettig, omdat ik me zo van tevoren niet eindeloos heb zitten opjutten en weinig tijd had om zenuwachtig te zijn.’

De macht van de microfoon

Als jong meisje was Weimans al verknocht aan de journalistiek. Toen ze op 11-jarige leeftijd bij De Schuurpapier terecht kwam wist ze het zeker: dit wil ik doen. In het radioprogramma van de toen nog ietwat anarchistische VARA, maakten kinderen reportages over actuele onderwerpen. ‘Ik kwam erachter dat als je een microfoon in je handen hebt, je opeens van alles mag en kan doen.’ De reportages waren vaak prikkelend en controversieel, één keer zelfs zo op het randje dat er Kamervragen volgden. ‘We maakten toen een reportage over hoe je zwart kon rijden in de tram. Vroeger bestond de strippenkaart nog en als je deze met zeep insmeerde, dan stempelde je deze netjes af en veegde je als je uitstapte de stempel weer weg. Zo had je een gratis ritje. Nou, dat kon natuurlijk niet! De publieke omroep die kinderen dit soort dingen leerde.’

Op weg naar haar 12½-jarig jubileum zit Weimans nog steeds op haar plek bij de NOS. ‘Het nieuws en ook de samenleving veranderen constant. Je bent de hele dag bezig met wat er in de samenleving gebeurt. Tuurlijk denk ik ook wel eens op een 10 juli als iedereen op vakantie is: komt er nog eens wat? Maar dan komt er vanzelf weer breaking news en dat houdt het werk echt spannend. Mijn plan was niet lang bij de NOS te blijven. Ik dacht: na drie jaar is het wel klaar. Maar het journaal geeft een bepaalde adrenalinekick die ik bij geen enkele andere werkgever zal krijgen.’ Naast het lezen van het journaal valt Weimans zo nu en dan in het voor het NOS Radio 1 Journaal, presenteert elke vrijdagavond het radioprogramma NOS Met het Oog op Morgen, doet soms wat voice-overwerk en werkt regelmatig als dagvoorzitter. ‘Een lekker gevarieerd pakket aan activiteiten, maar de basis blijft het journaal.’

Breaking news dat op Weimans veel indruk maakte waren de aanslagen in Parijs in november 2015. ‘Ik moest de ochtend na de aanslagen werken en op een gegeven moment kwamen, tijdens de uitzending, de beelden binnen. In mijn oortje hoorde ik dat er hele heftige bij zaten. Voor mij was het natuurlijk ook de eerste keer dat ik het zag, dus dan moet je wel even slikken.’ Nog verser in haar geheugen liggen de overstromingen in Limburg van afgelopen zomer. ‘Het was een drukke dag met een extra uitzending. We waren zo’n twee uur langer op zender en liepen al na-kletsend naar buiten toen iemand opeens zei: ‘We moeten zo wel weer naar binnen. Peter R. De Vries is overleden.’ Kortom, razendsnel schakelen én, bij moeilijke gebeurtenissen, de juiste toon raken, zo vertelt Weimans. Op de vraag of die toon soms lastig te vinden is, reageert ze vrij pragmatisch: ‘Ik zou wel moeten. Het nieuws komt ook zoals het komt. En verder houd ik het natuurlijk neutraal. Als een bekend iemand overlijdt sta ik niet snikkend voor de camera, maar tegelijk als Oranje kampioen wordt, zou het heel vreemd staan als ik dat nieuws met een kop als een citroen sta te vertellen. Hierin moet je een middenweg vinden. Maar meestal houd ik het allemaal vrij zakelijk.’

Foto: Rogier Veldman

 

Zakelijk en praktisch

Niet te vaak en niet te uitgesproken in de media verschijnen is belangrijk als gezicht van de NOS. Weimans vond dat in haar beginjaren bij de NOS soms lastig. Nu ervaart ze het als prettig. ‘We zitten nu zó in een opiniesamenleving waarbij iedereen maar al te graag wereldkundig wil maken wat hij of zij ergens van vindt. Het is heel fijn om te realiseren dat je niet overal met je mening klaar hoeft te staan. Jouw mening is ook maar een mening. Maar er zijn natuurlijk wel een paar onderwerpen waar ik me over uitspreek. Persvrijheid en vrijheid van meningsuiting vind ik belangrijke thema’s en ook over racisme spreek ik me soms uit. Het zou raar zijn als ik hierover mijn mond houd terwijl het letterlijk over mij gaat. Maar ik ben geen activist: ik kan niet gaan demonstreren en mezelf later terugzien in het journaal dat ik zelf presenteer.’

Een jaar geleden besloot de NOS de logo’s van de satellietwagens te halen na aanhoudende dreiging en toenemende agressie tegen verslaggevers en technici. ‘Toen dat besluit kwam was ik echt geschokt,’ zegt Weimans. ‘Ik kreeg wel mee dat het tijdens demonstraties soms heel erg dreigend was voor verslaggevers, maar dat het zo heftig was met busjes die bijna van de weg werden gereden, wisten we bij de redactie niet.’ Het verwijderen van de logo’s was voor de NOS een lastig besluit, geeft Weimans aan, want ‘natuurlijk wil je het niet en voelt het alsof je capituleert, maar je wilt al helemaal niet dat een busje over de kop slaat en je collega’s het niet overleven.’ Hoewel het wantrouwen tegenover gevestigde media als de NOS sinds de pandemie is toegenomen, heeft Weimans de indruk dat de huidige sfeer ten opzichte van tijdens de lockdown ‘ietsje beter’ is geworden. Ook kan ze de NOS-scepsis in perspectief plaatsen. ‘Het is een relatief kleine groep die de NOS wantrouwt. Je moet je niet continu focussen op de extremen maar ook kijken naar de rest van Nederland die we gewoon op een goede manier bedienen.’

Vorig jaar juni was Weimans opeens trending topic toen Thierry Baudet boos wegliep uit een uitzending van Met het Oog op Morgen. Baudet, die was uitgenodigd om over de actualiteit te praten, was in de veronderstelling dat er alleen vragen over zijn nieuwe FvD-krant zouden worden gesteld, maar die kwamen niet. In plaats daarvan ontstond er een welles-nietes spelletje over de insteek van het gesprek waarbij Weimans het hoofd koel hield en haar vragen stug bleef herhalen. ‘De afspraak was dat we het over Black Lives Matter en de beeldenstorm in die periode zouden hebben en daarbij kort de FvD-krant zouden bespreken. Daar was hij het niet mee eens. Tja, als je dan wegloopt… oké, dan gaan we gewoon weer verder. Moving on! Dan hebben we iets meer tijd voor het volgende gesprek.’ Typisch Weimans: zakelijk en praktisch. Ze vervolgt: ‘Tuurlijk heb ik op zo’n moment allerlei emoties, maar die moeten niet de overhand nemen. Ik blijf liever gewoon zakelijk.’ Ook met de daaropvolgende Twitter-wervelstorm ging Weimans nuchter om. ‘Ik heb het lekker gelaten voor wat het is, want je weet dat het riool opengaat. Dus ik ben mijn zaterdag gaan vieren en ach, de dag erna wordt net als bij de krant de vis erin verpakt.’

Spreek je uit

Een paar jaar geleden leek Weimans wel oren te hebben naar het presenteren van een talkshow en deed ze een screentest voor De Vooravond. Achteraf is ze blij dat ze, kijkend naar hoe er in Hilversum met de (inmiddels voormalig) presentatoren is omgegaan, het niet is geworden. ‘Tja, Hilversum is soms wel een slangenkuil. Ook is de talkshow voor mijn gevoel iets gedevalueerd. Jan en alleman zit daar maar en als ik opeens Jeroen Pauw weer zie, denk ik: oh ja, die is echt goed! Voor het presenteren van een talkshow moet je echt heel goed zijn en er helemaal voor gaan.’ Het verflauwde niveau van de talkshow is tegelijk ook een reden dat Weimans bijna nooit meer aan tafel zit, ondanks dat ze regelmatig wordt gevraagd. ‘Ik zeg meestal ‘nee’, ook omdat redacties me voor de meest random redenen vragen. Dan gaat het over iemand die ik ooit heb geïnterviewd, die nu in het nieuws is, en wordt er gevraagd of ik daar iets meer over kan vertellen. Dan moet ik daar als een soort deskundige zitten, terwijl ik die persoon waarover het gaat één keer heb gesproken. De obsessie met dat ik bekend ben, is belangrijker dan de kennis over het onderwerp. Dat vind ik niet oké.’

Journalistieke ambities heeft Weimans genoeg. ‘Ik zou wel meer de documentaire-kant op willen, niet eens per se na de NOS, ook nu al.’ Het durven uitspreken van haar ambities is iets wat ze door de jaren heeft geleerd. ‘Je moet je uitspreken en zeggen wat je wilt, dan krijg je ook echt meer. Een goede les voor studenten: zeg wat je dromen zijn en wat je wil bereiken, want dan is de kans groter dat je het daadwerkelijk bereikt. Met wachten op een kans schiet je niet veel op.’